Moslimbroeders: bestaanscrisis
Iedereen die de activiteiten van de Moslimbroederbeweging volgt en waarneemt kan merken dat er een grote verandering plaats vond in het beleid ten aanzien van het politieke regime. De organisatie liet ineens haar droom om een islamitische staat te stichten los. Zij accepteert nu de moderne staat en opereert zonder probleem binnen de moderne staat van de Egyptische republiek. Men kan nergens in de literatuur van de organisatie deze verandering duidelijk terugvinden. Dit is precies wat wij bedoelen met: het doen van de organisatie komt niet overeen met het zeggen. Wat de organisatie de laatste jaren in het dagelijkse leven roept wijst uit dat de droom van een islamitische staat (regime) geen draagvlak meer heeft binnen de organisatie. In alle officiële uitspraken en stukken van de organisatie komt het khalifaat nergens voor. Men ziet geen verschil meer tussen deze organisatie en de rest van de politieke partijen, haar leiders hanteren de moderne politieke terminologie. De leider van de organisatie ziet er niet meer uit als een orthodoxe moslim zoals zijn voorgangers, hij is meer een politicus. In 2004 gaf de organisatie een notitie uit, een soort beleidsstuk. In dit stuk staat niets over het khalifaat en dit betekent dat de organisatie deze kwestie niet meer adopteert. De organisatie focust in haar stuk op de interne vraagstukken van de Egyptische samenleving. Ze denkt niet meer aan de hereniging van moslims. Sterker nog, de organisatie praat in het stuk niet over de belangrijke internationale issues waaraan alle moslims grote aandacht besteden: Irak en Palestina. In haar verkiezingscampagne van 2005 heeft de organisatie het accent gelegd op de huidige conjunctuur in Egypte, geen woord over het internationale islamitische khalifaat. De oprichter van de organisatie, Hassan Al Banna, heeft de strategie van zijn organisatie als volgt geschetst:
- Ten eerste: het moslimindividu
- Ten tweede: het islamitische gezin.
- Ten derde: de islamitische samenleving
- Ten vierde: de islamitische regering
- Ten vijfde: de islamitische staat
- Ten zesde en als laatste: het internationale khalifaat en de heerschappij over de hele wereld.
Van deze strategische doeleinden zijn er vier overgebleven. De laatste twee zijn losgelaten. De organisatie is met een internationale dimensie opgericht en nu constateren we dat haar ideologen deze dimensie niet meer handhaven. Ze kijken meer naar wat binnen hun nationale grenzen gebeurt en zij zijn volledig geëngageerd in de nationale politieke. Ze onderscheiden zich nauwelijks op dit gebied van de seculaire politieke partijen. Uit verlegenheid praten de leiders van de organisatie tegenwoordig over wat ze noemen “de islamitische staat”, “de staat die tot de islam oproept”, “de democratische staat met een islamitisch referentiekader”. Deze termen vervangen de termen van het islamitisch internationale khalifaat.
De Moslimbroederbeweging heeft er lang over gedaan om van de theologische definitie van de staat naar de moderne definitie daarvan over te gaan. Hierdoor hebben zij zelfs de opvattingen van Al Azhar gepasseerd. Over de burgerschapkwestie introduceert de organisatie nieuwe terminologie, totaal anders dan wat de gematigde Al Azhar verkondigt. In het kader van de debatten over de hervormingen in Egypte hebben de gematigden binnen de organisatie verklaard dat zij opkomen voor het volledige burgerschap van alle Egyptenaren. Als een Egyptenaar met een niet islamitische achtergrond winnaar wordt tijdens de verkiezingen dan is er volgens hen helemaal geen bezwaar tegen zijn leiderschap als president van het land. Zo een standpunt van de Moslimbroederbeweging is uniek in Egypte, zelfs de zogenaamde democratische partijen kunnen zo ver niet gaan. Sommige Broeders, zoals Issam Al Aryan zien geen bezwaar in de komst van Christelijke partijen in Egypte. Dit allemaal betekent dat de beweging grote stappen vooruit heeft gemaakt, deze moed hebben de seculaire politieke partijen in Egypte nooit gehad.
De Moslimbroederbeweging in Egypte is een soort rechtse politieke partij geworden met een liberale koers. Op sociaal, economisch en politiek niveau vaart de beweging met de internationale ontwikkelingen mee. Haar standpunten ten opzichte van grote nationale vraagstukken worden steeds aangepast aan de vereisten van de conjunctuur. Op het ethische gebied lijkt het dat de principiële standpunten van de organisatie geen veranderingen hebben gekend. De Broeders zijn nog steeds tegen bepaalde kledingwijze van vrouwen, ze bemoeien zich met de media, met de waarden en normen van het land…enz. Maar de beweging verschilt niet erg van veel partijen in Egypte. In Egypte zijn er in de laatste jaren morele gevoeligheden ontstaan. De regerende partij bijvoorbeeld was de partij die het Ministerie van Cultuur heeft gedwongen om drie romans uit de boekhandel te nemen omdat ze “onethisch”zijn. Dit terwijl het ministerie de kamerleden van de beweging alleen heeft gevraagd om de drie romans niet door het gemeenschappelijke geld te financieren.
Van de mondialisering tot de nationalisering
Sommige waarnemers en Broeders praten vaak over een internationale organisatie. Alsof alle islamitische bewegingen in de wereld door één organisatie worden geleid, wat niet waar is. Het is een illusie die door de Broeders zelf wordt gekoesterd en door de onderzoekers en waarnemers verder wordt opgeblazen.
Pogingen om een internationale organisatie uit de grond te stampen zijn begin jaren zeventig begonnen. Bekende figuren van de Moslimbroederbeweging zoals Mustafa Mashhour, Kamal Al Sananiri, Ahmed Hassanien en Nafies Hamdi, waren de dragers van deze grote droom. Zij kregen in de jaren zeventig hun vrijheid terug na een moeilijke periode onder het bewind van Nasser. In een korte periode na hun vrijlating hebben ze verwanten over de hele wereld bij elkaar gebracht. In mei 1982 hebben ze een internationale organisatie opgericht. De organisatie was in de jaren tachtig en begin jaren negentig zeer actief, daarna begon de decadentie. Niets van deze internationale organisatie is overgebleven dan de herinneringen. Er is geen internationale beweging meer die leiding geeft aan de plaatselijke bewegingen in de islamitische wereld. Elke zusterorganisatie opereert zelfstandig en in het kader van de plaatselijke omstandigheden.
In Algerije bijvoorbeeld heeft de algemene secretaris Mahfouz Nahnah van de Moslimbroederbeweging zich kandidaat voor de presidentverkiezingen gesteld. Voor het eerst in de geschiedenis van de Moslimbroederbeweging gebeurt zoiets zonder vooroverleg met de internationale moederorganisatie. Sterker nog, de leiders van de internationale Moslimbroederbeweging waren tegen deze kandidatuur.
In Irak heeft de islamitische partij deelgenomen aan de interim-regering onder leiding van Paul Bremer. Dit gebeurde op het moment waarop de Jordaanse zusterorganisatie de
interim-regering publiekelijk heeft veroordeeld. De leider van de beweging op internationaal niveau, Mahdi Akif, heeft geen standpunt ingenomen. Hij zei dat de Irakezen vrij zijn in hun beleid. Akif heeft ook niets gezegd over de samenwerking van de Broeders van Syrië met de pro-Amerikaanse Abdel Hamid Khaddam tegen het Syrische regime.
De internationale organisatie van de Broeders is een illusie. Hun tegenstanders maken de illusie groter en gevaarlijker om de vrees voor deze organisatie groter te maken. De Broeders, overal waar ze zijn, opereren zelfstandig en de internationale leiders hebben geen gezag meer. Dit hebben we ook gezien in Palestina toen Arafat op de Egyptische Broeders druk uitoefende zodat Hamas met Fatah samenwerkt. Hamas wees elke bemiddeling af en gaf de prioriteit aan haar eigen opvattingen en standpunten op plaatselijk niveau.
Naast de lokale ontwikkelingen zijn er op internationaal niveau grote evenementen die de Broeders hebben verzwakt. Het eind van de koude oorlog, de val de Sovjetpolder en natuurlijk de aanslagen van 11 september. De internationale organisatie van de Broeders kwam onder druk van allerlei factoren te staan. De realistische leiders zagen deze val eerder aankomen en ze lieten de droom van de internationalisering los. Abdel Moenaim Aboe Al Foutoeh zei ooit dat de mondialisering van hun beweging een mythe is geworden.
http://www.nioweb.nl/2007/08/27/moslimbroeders-bestaanscrisis/